H9 beoordeling financiele structuur
X
Introduction
Kengetallen
Rentabiliteitskengetallen
RVV
REV
RTV
Voorbeeld
Hefboomformule
Hefboomeffect
kanttekeningen hefboomeffect
Belastingen
Hefboomformule met belasting
Dupont chart
Solvabiliteit
Debt ratio
Andere solvabiliteitsratio's
Beoordelen adhv ratio's
Liquiditeit
Current ratio
Quick ratio
Netto werkkapitaal
Beoordelen ratio's
00:00
/
00:00
CC
Liquiditeit
imageshack.us/img90/8296/e500gs450h540ias5.jpg&t=1
=
verhoudingsgetal
of
ratio
Rentabiliteitskengetallen
rentabiliteit:
=
Opbrengst
van
het
vermogen/
geïnvesteerd
vermogen
Rentabiliteit
Vreemd
vermogen
(=Interest
Vreemd
Vermogen)
=
betaalde
Interest/
Gemiddeld
Vreemd
Vermogen
Rentabiliteit
Eigen
vermogen:
=
Winst/
Gemiddeld
Eigen
Vermogen
Rentabiliteit
Totaal
Vermogen:
(economische
rentabiliteit)
=
Winst
+
betaalde
interest
/
Gemiddeld
Totaal
Vermogen
Voorbeeld
Ik
leen
€10.000
tegen
5%
interest.
Ik
heb
ook
nog
€
5.000
eigen
geld
en
ik
interest:
5%
van
10.000
=
€
500
Netto
Winst:
1500-500=
€
1000
RVV:
500/10.000
=
5%
RTV:
1500/15.000
=
10%
REV:
1000/5.000
=
20%
Hefboomformule:
REV
=
{RTV
+
((RTV-RVV)
x
GVV/GEV)}
=
{10%
+
((10-5)
x
10.000/5.000)}
=
RTV
+
(Rentemarge
x
hefboomfactor)
=
10%
+
(5%
x
2)
REV:
=
20%
Positief
hefboomeffect
want
RTV>
RVV
Zie
ook:
http://www.economiehulp.nl/kengetallen-rentabiliteit-eigen-vermogen-vreemd-vermogen-totaal-verm
ogen-hefboomeffect-hefboomfactor
kanttekeningen
hefboomeffect
Hoe
meer
VV
t.o.v.
EV
hoe
hoger
het
risico
(en
interest)
verliescompensatie
Belastingen:
bijvoorbeeld
25%
REVnb
=
(1-b)
{
RTV
+
((RTV-RVV)x
GVV/GEV)}
REVnb
=
0,75
*
{10%
+
((10-5)
x
10.000/5.000)}
=
15%
Bij
eenmanszaak/VOF
:
REV
=
Winst
–
ondernemersloon
GEV
Dupont
chart
09-02
Solvabiliteit
of
je
op
korte
en
op
lange
termijn
je
schulden
kunt
betalen.
Bijvoorbeeld:
vermogen.
Debt
ratio:
VV/
TV
Andere
solvabiliteitsratio’s:
EV/
VV
EV/
TV
VV/
EV
TV/
EV
Zie
ook:
http://www.economiehulp.nl/liquiditeit-en-solvabiliteit
Liquiditeit
Of
je
op
korte
termijn
je
schulden
kunt
betalen.
Je
kijkt
dan
naar
bezittingen
die
geld
zijn
of
snel
in
geld
om
te
zetten
zijn.
Bijvoorbeeld:
Statisch:
Current-ratio:
vlottende
activa
(VLA)
en
liquide
middelen
delen
door
korte
schulden
=
VLA
/
KVV
Quick
–
ratio:
VLA
–
voorraden
/
KVV
Netto
werkkapitaal
=
VLA
-
KVV
Zie
ook
http://www.economiehulp.nl/liquiditeit-en-solvabiliteit